De weerstandscapaciteit bestaat uit de financiële middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt om niet begrote kosten, die zich onverwachts kunnen voordoen en die van substantiële aard zijn, te kunnen dekken. Dit kunnen zowel incidentele als structurele middelen zijn: de reserves, de (onbenutte) belastingcapaciteit en de post voor onvoorziene uitgaven. De samenstelling van de weerstandscapaciteit per 1 januari 2019 staat in onderstaande tabel.
Weerstandscapaciteit per 1-1-2019 | Soort | Bedrag | |||
---|---|---|---|---|---|
a. Algemene reserve met bufferfunctie | Incidenteel | 10 | |||
b. Algemene reserve vrij besteedbaar | Incidenteel | 41 | |||
c. Ruimte op de begroting/onvoorzien | Incidenteel | 0,1 | |||
Totaal | 51,1 | ||||
Bedragen x € 1 mln. |
De algemene reserve met bufferfunctie is bestemd voor het opvangen van financiële gevolgen van calamiteiten en risico’s. De algemene reserve vrij besteedbaar is ook onderdeel van de weerstandscapaciteit. De post voor onvoorziene uitgaven is bestemd voor de dekking van onvoorziene, onontkoombare en onuitstelbare exploitatielasten.
De gemeenteraad heeft in zijn vergadering van 7 maart 2017 besloten de reserve met bufferfunctie te normeren op een bandbreedte van 1,0 tot 1,4 maal de hoogte van het berekende financiële risicoprofiel. Een verhoging van de reserve met bufferfunctie komt ten laste van de algemene reserve vrij besteedbaar. Wanneer de hoogte van de reserve de bandbreedte overschrijdt komt het surplus ten gunste van de algemene reserve vrij besteedbaar. Het effectueren hiervan gebeurt bij het opstellen van de jaarstukken.